Om Godswege van God weggaan — Vincent de Paul

Dit is wel één van de mooiste teksten uit de christelijke literatuur:

Wat is het mooi de armen te zien, als wij hen vanuit God bekijken en met de hoogachting die Jezus Christus hun betoonde. Als wij hen echter bekijken volgens de gevoelens van het vlees en van de geest van de wereld, dan lijken ze verachtelijk. God houdt van de armen en daarom bemint Hij mensen die van de armen houden. Als men iemand echt liefheeft, betoont men ook genegenheid aan zijn vrienden en dienaren. … Daarom mogen wij hopen dat God van ons zal houden vanwege onze liefde ten opzichte van de armen. Er mag geen uitstel bestaan bij iemand die ten dienste van de armen staat. Als ge ’s morgens bij uw gebedsuur medicijnen moet gaan brengen, ga dan onverwijld. Bied God uw dienstbaarheid aan, verenig uw intentie met het gebed dat thuis of elders plaatsvindt en maak u verder niet ongerust. Als ge terugkomt, kunt ge met gemak enkele ogenblikken gebed of geestelijke lezing doen op het geschikte tijdstip! Geen spoor van ongerustheid is op zijn plaats noch het idee dat ge in gebreke gebleven zijt, toen ge de gebedstijd verzuimde. Men verzuimt niets, als men iets om een gerechtvaardigde reden achterwege laat. Als er al een gerechtvaardigde reden bestaat, mijn dierbare dochters, dan is dat de dienst aan de naaste. Men laat God niet in de steek, als men om Godswege van God weggaat. Want men verlaat een goddelijk werk om in plaats daarvan een ander goddelijk werk te doen, ofwel met grotere verplichting ofwel met meer verdienste. Ge verlaat het gebed of de lezing of ge verbreekt het stilzwijgen om een arme bij te staan. Mijn dochters, streeft dat alles na, dan zijt ge dienstbaar aan de armen. Ge weet toch dat de liefde de grondslag is voor alle regels en allemaal moet doen wat zij gebiedt. Laten wij dus aan het werk gaan en ons toeleggen op een nieuwe liefde ten dienste van de armen. Laten wij zelfs de armsten en meest verstotenen opzoeken. Erkennen wij voor God dat dit onze heersers en meesters zijn en dat wij eigenlijk onwaardig zijn om hun onze kleine diensten te bewijzen. 1

Zowel de geest van Vincent de Paul (1581-1660) en de congregatie van de Dochters van Liefde die hij stichtte — hij inspireerde nog vele andere congregaties –, komt in deze tekst prachtig tot uitdrukking, als de bezieling die generaties christelijke caritas bezield heeft, bij ons en uitgezaaid over de hele wereld. Veel verduidelijking behoeft deze tekst niet, tenzij misschien dat hier twee kerngedachten van de christelijke spiritualiteit een fundamentele rol spelen: incarnatie en eucharistie.

Kenmerkend voor de christelijke spiritualiteit is de idee dat zoals God is mens geworden ook de medemenselijke liefde niet alleen in het hart verborgen mag blijven, maar zich concreet, ge-incarneerd moet uitdrukken in daden, in praktisch engagement in de samenleving. Zo leidde leven in vereniging met God bij de actieve congregaties tot concrete inzet onder armen, zieken en velerlei groepen noodlijdenden. Het tweede fundament onder de christelijke caritas is het eucharistische (men heeft in het verleden van het aspect van zelfverloochening gesproken, maar deze en verwante uitdrukkingen zijn niet zonder problemen). Zoals Jezus zichzelf brak en uitdeelde als brood om voeding en leven te zijn voor anderen, zo trachtte men in de actieve congregaties die aan caritas deden de eucharistische gezindheid van Jezus verder te zetten, door zichzelf te breken en te delen met noodlijdenden.

Vincent de Paul is een belangrijke figuur voor een ‘religie van de liefde’: in deze tekst geeft hij duidelijk te verstaan dat inzet voor noodlijdenden boven meditatie staat, in noodgevallen én in oriëntatie.


1 Brief van Vincent de Paul, geciteerd in online Getijdengebed, 27 september, lezingenofficie, zonder plaatsaanduiding.)