Onderweg naar de universele Mens — Khaled Bentounès

Het soefisme is een levende realiteit: ook vandaag staan soefi’s op die iets te zeggen hebben. De Franse Khaled Bentounès is daar één van. Geboren in Marokko in 1949 is hij de huidige leider van de Alawiyya soefi broederschap. Hij is een vooraanstaand vertegenwoordiger van de interreligieuze dialoog vanuit moslim-hoek. In zijn boek Thérapie de l’âme stelt hij het soefisme voor als een weg naar innerlijke genezing:

De bronvisie van de therapie van de ziel tracht het volgende probleem op te lossen: hoe kun je je weer verbinden met deze oorspronkelijke natuur, en daarmee met de kwintessens van de oorspronkelijke religieuze boodschap zelf? In het kader van deze leer gaat het er niet om recepten voor te stellen, maar om te laten zien hoe de soefi’s of het volk van God proberen terug te keren naar deze goddelijke oorsprong en naar de oorspronkelijke boodschap. – De moeilijkheid is om te kunnen leven in overeenstemming met de oorspronkelijke staat terwijl deze bedolven ligt onder de lagen van sociale en culturele conditionering. De mens vergeet en negeert zelfs het bestaan ​​van een paradijselijke toestand in hem, aangezien geen van de effecten ervan op het tijdelijke, intellectuele, emotionele en spirituele niveau wordt gevoeld. – De oorspronkelijke natuur is maagdelijk. We komen naar deze wereld met totale onschuld en neutraliteit. Deze twee oertoestanden zijn verbonden met de essentie van ons wezen, het meest heilige deel van onszelf. Het is deze dimensie van heiligheid die we zoeken door doorheen de drie gebieden of staten van de ziel te gaan: de heerszuchtige ziel, de berouwvolle ziel en de vredige ziel. We herontdekken met verbazing onze fitra terwijl we erin slagen om via dit middenpad naar de realisatie van de Universele Mens (al-Insan al-Kamil) te lopen. 1

Anders dan de vele goedkope boekjes over ‘innerlijke genezing’ stoelt dit werk op de beste principes van het soefisme. De Amerikaanse karmeliet Daniël Chowning* schreef een boekje waarin hij aantoont dat ook de karmelspiritualiteit zoals Johannes van het Kruis het ziet een weg van innerlijke genezing is.

Voor Bentounès probeert het soefisme (net als de mystieke kern van alle andere religies: d.i. de ‘oorspronkelijke religieuze boodschap’) ons te verbinden met onze diepste en meest eigenlijke menselijke natuur, door het Ultieme meegegeven bij onze schepping. Net zoals de christelijke kerkvader Origenes zegt in één van zijn Schriftcommentaren, is die bron in ons echter bedolven onder veel vuil: onze sociale en culturele conditionering, aldus Bentounès. Denk maar aan geboren worden in een achterbuurt die heel wat ontwikkelingsmogelijkheid meteen afsnijdt. Omdat de meeste mensen door dat bedolven zijn van die diepste natuur er ook niets van gewaarworden, vergeten en miskennen ze hun religieuze kern. Met een beeld van Al Hallaj, dat ook bij Thomas Merton terugkeert, hamert Bentounès erop dat het diepste in ons onbetreden is: geen andere mens, niemand of niets kan dààr komen: het is het heilige in ons, het Goddelijke — het onverwoestbare in ons, zegt Etty Hillesum. De spirituele reis is het op weg gaan naar die diepe heiligheid door spirituele fasen te doorlopen van steeds grotere zuiverheid. Bentounès noemt drie ‘staten’ van de ziel op (bij meerdere soefi’s zijn er nog meer ‘staten’, vaak net zeven — de zeven ‘verblijven’ van de Innerlijke Burcht van Teresa van Avila, die door het vroege soefisme beïnvloed werd): de ziel die met niemand en niets wil rekening houden, de ziel die streeft naar bekering, en tenslotte de ziel die haar rust vindt in het Heilige.

Zo leert de mens dan zijn diepste natuur (fitra in de Islam) kennen, die ook tevens zijn bestemming is: een universele mens worden, iemand die niet meer voor zichzelf leeft maar voor de hele wereld. Wie zelf genezen is kan anderen genezen…


1 Khaled Bentounès, Thérapie de l’âme, Editions Alphée, Paris, 2009, p. 96-97.

* Daniel Chowning, Wie zal mij genezen? Jan van het Kruis antwoordt, Carmelitana, Gent, 2009.)