Het Goddelijke bestaat in alles — Mozes Cordovero

Dualisme ligt aan de basis van veel onheil in de Westerse geschiedenis: afkeer van het lichamelijke en de vrouw (daarmee geassocieerd), afkeer van andere religies, broedertwist en geweld enz. De mystici van alle religies ervoeren echter hoe alles radicaal één is, en dat die afkeer een vreselijk misverstand is. Omdat er in dualistische visies overbruggende, bemiddelde instanties nodig zijn, heeft het institutioneel-religieuze dualisme met zijn hoogmoed en intolerantie zich dapper weten voort te planten, helaas. Dualisme en liefde gaan slecht samen, al mag men nog zoveel zeggen dat liefde ‘twee vergt’.

Mystici in alle religies waren allesbehalve bezig met hun eigen zieleheil; zij bespeurden de heilloze gevolgen van het dualisme in hun eigen religie en trachtten deze te remediëren door hun ervaring van radicale eenheid te verwoorden en binnen te brengen. Dat zien we hier ook in deze tekst van misschien wel de grootste kabbalistische mystieke theoloog, Mozes Cordovero (1522-1570). Hij leefde niet lang, maar was hoofd van een belangrijk kabbalistisch centrum in Safed, in Ottomaans Syrië, en schreef heel wat, o.a. dit:

De essentie van het goddelijke treft men aan in elk afzonderlijk ding – niets, maar het bestaat. Aangezien het de oorzaak is van alles wat is, kan geen enkel ding door iets anders bestaan. Het brengt ze tot leven; het goddelijke bestaat in alles wat bestaat. Ken dualiteit niet aan God toe. Laat God enkel God wezen. Als je meent dat Ejn Sof emaneert tot een bepaald punt, en dat alles voorbij dat punt er buiten ligt, dan dualiseer je. God verhoede! Besef in plaats daarvan dat Ejn Sof bestaat in alles wat bestaat. Zeg niet: ‘Dit is een steen en niet God.’ God verhoede! In plaats daarvan is heel het bestaan God, en de steen is een ding dat doordrongen is van het goddelijke. 1

Cordovero lijkt de mening te willen corrigeren dat Gods aanwezigheid zou ophouden bij het lichamelijke, levenloze, materiële. Als het Mysterie echt ‘Oneindigheid’ of ‘de Oneindige’ (Hebr. Ejn Sof) is, dan houdt die oneindigheid nergens halt. Er is dus geen/niets Ander(s) buiten of naast God. Net als de soefi’s herhaalt Cordovero vaak: ‘Er is niets buiten God’. Interessant is dat hij hier spreekt van Gods ‘energieën’ die doorheen de gehele schepping vloeien en God aanwezig brengen in al wat is. ‘Energieën’ is inderdaad een mogelijke vertaling van sefirot, de goddelijke Eigenschappen die de Kabbala in of juister ‘onder’ de Oneindigheid waarneemt, op het niveau van de openbaring en schepping. ‘Energieën’ zijn immers ook wat uit de christelijke Triniteit in de schepping binnenvloeit in de visie van de Orthodoxe theoloog Gregorius Palamas, en in de visie van het tantrische non-dualisme.

De praktische consequenties van een dergelijke non-dualistische visie zijn groot. Alle dingen, ook de materie en het lichaam worden vergoddelijkt door deze ‘Godsstroom’, ook de vrouw wordt gerehabiliteerd, ook de paria wordt aanvaard, maar ook de andere heilige Schriften, riten, religies worden erkend:

Er moet een samenballing van Gods aanwezigheid zijn. Want als we geloven dat Ejn Sof de emanatie uitstraalt en zichzelf er niet mee bekleedt, dan bevindt alles wat het geschapen heeft zich erbuiten, en is het buiten alles. Dan zijn er twee, God verhoede. Daarom moeten we tot de slotsom komen dat niets buiten God is. Dit geldt niet enkel voor de sefirot maar voor alles wat bestaat, het grote en het kleine – ze bestaan enkel dankzij de goddelijke energie die door hen vloeit en die zich met hen bekleedt. Als God Zijn blik slechts een moment zou afwenden, zou het hele bestaan teloor gaan. Dit is de geheime betekenis van het vers: ‘Jij brengt alles tot leven.’ Goddelijkheid stroomt en is aanwezig in al het bestaande. Dit is de geheime betekenis van het vers: ‘De ganse aarde is van Gods heerlijkheid vervuld.’ Als je je hierop bezint, word je nederig, je gedachten worden gelouterd. 2

Dit ontneemt aan culturele of religieuze veroordeling elke mogelijkheid. Zoals Cordovero suggereert: we hebben er geen idee van hoezeer non-dualiteit ons anders, nederiger maakt. Ja, liefde is het zien van twéé… én hun diepere eenheid.


1,2 Mozes Cordovero, Sji’oer Qoma en Or Jaqar, in Daniel C. Matt, De kabbala. Het hart van de joodse mystiek, Kosmos-Z&K, Utrecht, 2005, pp. 45.49.